Soms heb je opeens een bijzondere ontmoeting. Vandaag was
zo’n dag. Na het bezoek aan een Franse markt loop ik langs een licht in verval
zijnd huis aan de Dijkhuizen in Ruinerwold. Het is een overduidelijk onder
architectuur gebouwd huis met fraaie houten geveldecoraties, die helaas erg om
een verfbeurt vragen. Ook de luiken zijn gebladderd, evenals de kozijnen.
Ik zeg tegen mijn vrouw dat dit een mooi huis is, maar dat
het wel om enig onderhoud vraagt. En uit het niets komt een opmerking “Maar het
is niet te koop.” Verbaasd kijk ik naast mij en daar staat een man van
middelbare leeftijd. Hij zegt: “Nee, dit huis is niet te koop. “ Nu staat er
ook geen makelaarsbordje met Te Koop, dus ik ben niet verbaasd. De man vervolgt:
“Het huis is van mijn tante. Maar die woont hier niet meer. De huizen en het
café aan de overkant zijn ook van haar. Ze laat geen onderhoud plegen, behalve
aan de tuin.” Ik kijk naar de tuin en zie dat het gras inderdaad netjes gemaaid
is.
“Ze woont in De Wijk. In een groot huis.” vertelt de man.
“Ze komt hier nog wel eens, maar gaat nooit naar binnen. Vorig jaar was ze ook
op de markt. Ik heb haar nog gezien en zei ‘Dag tante’ tegen haar. Maar zij
keek de andere kant op en deed of ze me niet kende.” Hij kijkt een beetje
spijtig. “Ze heeft geen kinderen en verder geen familie. Alleen een neef. Ik
dus.” Ik kijk hem aan en zeg: “Nou, wie weet wat u nog erft. Misschien dit huis
wel.” Hij knikt en verzucht: “Ja, wie
weet. Maar nu is het niet te koop.” En hij loopt naar de overkant van de
straat, waar de markt gehouden wordt. Hij kijkt nog even achterom: “ Misschien
is ze er vandaag wel weer. Dan zal ik haar weer begroeten. Maar ze doet vast of
ze me niet kent.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten