Het zal u niet verbazen, maar ook in 2013 moeten we per bus
van ons parkeerterrein in de gemeente Haren naar ons werk in Groningen. En zo
zat ik ook op 2 januari 2013, (nee, wij zijn helaas niet de gelukkigen die de
hoofdprijs in de staatsloterij gewonnen hebben) weer gezellig naast mijn lief
in de bus. Omdat het nog een week schoolvakantie is, zitten er beduidend minder
mensen in de bus. Een dame, die mij overigens niet bekend voorkomt, is echter
wel opvallend. Zij stapt meteen na ons in de bus en gaat schuin achter ons
zitten. Niets bijzonders zou u zeggen, en dat klopt ook. Ware het niet dat net
voordat de bus volgens schema zou wegrijden, een voor ons wel bekende man
instapt. Deze gaat schuin voor ons zitten (op zo’n achteruitrijbank) en kijkt
in onze richting. De dame in kwestie roept de man, maar hij reageert niet . Ze
roept een tweede maal en wederom geen reactie. Dan komt de dame in actie. Ze
rent naar de man toe en zegt in niet mis te verstane bewoordingen dat hij bij haar
moet komen zitten: “Mijn spullen liggen daar, hoor.” De man pakt zijn eigen
spullen bij elkaar en loopt dociel mee. Er wordt uitgebreid gefeliciteerd. Het
lijkt er op dat de man op 1 januari jarig was en zij was niet uitgenodigd. Hij
moet verantwoording afleggen en doet dat ook. In Groningen stappen ze op
verschillende plaatsen uit. De man met een blik van “Waarom ik?” en zij met een
blik van victorie. Maar misschien interpreteer ik dat zo omdat ik zelf man ben.
Ach, zo gaan de dingen nu eenmaal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten